HELLEMANS Marcel - 1Sgt - Mat 0621

2de Compagnie - 2de Peloton (Anti Tank)

 

1ste Sergeant Hellemans Marce
2e compagnie – 2e peloton (Anti Tank)
stamnummer :  0621

 

Een sixpounder op 27 september 1944.

Stichting Herdenking Bevrijding Thorn – Oorlog is dichterbij dan je denkt.
Samenstelling Leo Peeters en Ton Meijster

Op 27 september 1944 stond het kanon van het ATK-peloton van de 2e compagnie van de 1e Belgische Infanterie Brigade “Liberation” opgesteld aan de dakpannenfabriek te Thorn.

 

Marcel Hellemans vertelt :

Het tweede ATK-stuk (antitankkanon),  waartoe ik behoorde,  was in reserve voor onmiddellijk gebruik als dat nodig zou blijken.  Mijn ploeg was in rust in een klaslokaal van de plaatselijke school te Neeritter.  We hadden zojuist gegeten,  toen de pelotonscommandant ,  Olt. D’Helft kwam binnengelopen. “Ik heb een mededeling”,  zo begon hij,  een patrouille van het 3e peloton heeft zich in Ittervoort onder zwaar mitrailleurvuur moeten terugtrekken.  De patrouille stond onder leiding van Olt. Rogge.

En wat zijn de verliezen?  Eén dode en verschillende gewonden.  Er is ook een krijgsgevangen gemaakt (dat is de gesneuvelde Antoni Frédéric).  Onze opdracht,  aldus de luitenant,  is met ons geschut het vijandelijk mitrailleursnest uitschakelen.  Ik vroeg hem :  wanneer moet dat gebeuren?  Nu!  Verzamel uw mannen en we vertrekken naar Ittervoort.

 
Olt. D’Helft Robert   Sdt. Antoni Frédéric
   
Thorn, 27/9/1944. Aalmoezenier Bockstael met de witte vlag komt terug met het lichaam van Frédéric ANTONI, gedood tijdens de patrouille
   

Omdat we steeds paraat stonden,  waren we snel op weg,  in dit geval vanuit Neeritter.  Aan het kerkje van Ittervoort stopten we en toen nam Lt. D’Helft contact op met luitenant Rogge.  Als stukoverste vergezelde ik beide luitenants om de plaats te verkennen en een goede schietplaats te kiezen.

Sixpounder (ATK-antitankkanon)

Als opstelling werd de plaats achter een huisje gekozen. Van daaruit bleek er een goede schietsector te zijn met een uitstekend zicht op de vijand.  Die had zich verschanst in een hoeve en van daaruit werd onze patrouille beschoten.
De vijand zat achter een stevige stenen borstwering.  Nu kwam het erop aan, ons niet te verraden en proberen ongezien het stuk schietvaardig te maken.
Daarna moesten we het stuk naar de schietstelling duwen.  Er werden twaalf springgranaten uit de munitiekist gehaald,  die onmiddellijk werden klaargemaakt voor snel gebruik.  De afstand tot het doel moest nog worden ingeschat en ingesteld op het kanon.  De twee luitenants hadden de nodige groene takken van de bomen afgekapt,  alles op orde gebracht,  de takken op het stuk en sluipend duwden we het geschut naar de stelling.  Toen het stuk ter plaatse was,  verdween de camouflage en spuwde ons kanon zijn granaten weg.
Bij het eerste schot vielen door de luchtverplaatsing de dakpannen van het huisje.  Dat leverde een stevige stofwolk op,  waardoor ik niet meer kon zien,  wat er precies gebeurde.  Ik ging ergens anders achter een haag staan.  Ik zag de granaten ontploffen tegen de muur van het gebouw,  waar de mitrailleur van de vijand was opgesteld.  Het was niet nodig om schietcorrecties door te geven aan de schutters.  Snel waren de twaalf granaten afgevuurd en maakten wij ons uit te voeten.  Het was ook geen seconde te vroeg,  want achter ons regende het Duitse mortiergranaten.  Dit gebeurde aan de Napoleonsweg,  bij een café met een beugelbaan en een weegbrug.  Achteraf hoorde ik dat de hoeve (waar de Duitsers zaten) gedeeltelijk was vernietigd en men geen mitrailleurvuur meer heeft waargenomen.

 

Voor deze aktie werd 1e Sergeant Hellemans op 10 augustus 1946                       onderscheiden met het Oorlogskruis 1940 met Palm.